Terug
Gepubliceerd op 26/11/2025

2025_GR_00226 - reglementen - 72. tarieven: sociale voordelen in het onderwijs geldig vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031 - goedkeuring

gemeenteraad
ma 24/11/2025 - 20:00 Raadzaal
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Gebruikersreglement.

Samenstelling

Aanwezig

Koen Metsu, burgemeester; Koen Michiels, eerste schepen; Andries Tjalma, tweede schepen; Lawrence Vancraeyenest, derde schepen; Albert Follens, vierde schepen; Yves Coquilhat, vijfde schepen; Brigitte Vermeulen-Goris, schepen / voorzitter bijzonder comité; Bart Breugelmans, raadslid; Jeroen Van Laer, raadslid; Sien Pillot, raadslid; Cynthia Govers, raadslid; Philippe Muyters, raadslid; Stefan De Winter, raadslid; Rudi Dias, raadslid; Sabine Peeters, raadslid; Els Pauwels-Croegaert, raadslid; Veerle Van Caeneghem, raadslid; Didier Neyrinck, raadslid; Johan Nagels, raadslid; Fran Lauriks, raadslid; Jimi Claeys, raadslid; Hugo Van Bueren, raadslid; Hayat Bentouhami; Greet Marivoet; Ellen Stevens; Tom De Vries, algemeen directeur; Adrian De Weerdt, voorzitter gemeenteraad

Verontschuldigd

Sanne Descamps, raadslid

Secretaris

Tom De Vries, algemeen directeur

Voorzitter

Adrian De Weerdt, voorzitter gemeenteraad

Stemming op het agendapunt

2025_GR_00226 - reglementen - 72. tarieven: sociale voordelen in het onderwijs geldig vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031 - goedkeuring

Aanwezig

Koen Metsu, Koen Michiels, Andries Tjalma, Lawrence Vancraeyenest, Albert Follens, Yves Coquilhat, Brigitte Vermeulen-Goris, Bart Breugelmans, Jeroen Van Laer, Sien Pillot, Cynthia Govers, Philippe Muyters, Stefan De Winter, Rudi Dias, Sabine Peeters, Els Pauwels-Croegaert, Veerle Van Caeneghem, Didier Neyrinck, Johan Nagels, Fran Lauriks, Jimi Claeys, Hugo Van Bueren, Hayat Bentouhami, Greet Marivoet, Ellen Stevens, Tom De Vries, Adrian De Weerdt
Stemmen voor 25
Jeroen Van Laer, Johan Nagels, Koen Metsu, Koen Michiels, Rudi Dias, Albert Follens, Lawrence Vancraeyenest, Bart Breugelmans, Sien Pillot, Cynthia Govers, Philippe Muyters, Brigitte Vermeulen-Goris, Sabine Peeters, Els Pauwels-Croegaert, Veerle Van Caeneghem, Andries Tjalma, Yves Coquilhat, Didier Neyrinck, Fran Lauriks, Jimi Claeys, Hugo Van Bueren, Hayat Bentouhami, Greet Marivoet, Ellen Stevens, Adrian De Weerdt
Stemmen tegen 1
Stefan De Winter
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2025_GR_00226 - reglementen - 72. tarieven: sociale voordelen in het onderwijs geldig vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031 - goedkeuring 2025_GR_00226 - reglementen - 72. tarieven: sociale voordelen in het onderwijs geldig vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031 - goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Op 19 december 2022 werden de tarieven in verband met de sociale voordelen van het onderwijs goedgekeurd.

Argumentatie

Aangezien de tariefstructuur reeds van toepassing is vanaf januari 2023 is een tariefverhoging rekening houdend met de evolutie van de gezondheidsindex aangewezen.

Juridische grond

Artikel 41, 162 en 173 van de Grondwet;

Artikel 40§3 en 41, 41° van het decreet over het lokaal bestuur voor de gemeente

Omzendbrief van 25 juli 1991 van het ministerie van de Vlaamse gemeenschap

Deze omzendbrief regelt het toekennen van de sociale voordelen in het onderwijs vanaf het schooljaar 1991-1992.

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De raad keurt de tarieven in verband met de sociale voordelen in het onderwijs vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031 als volgt goed:

Artikel 1 - bepaling sociale voordelen

In gemeenteschool Andreas Vesalius Edegem wordt volgend toezicht georganiseerd:

  • het ochtendtoezicht: van 08u00  tot 8u15;
  • het middagtoezicht: van 12u05 tot 13u20;
  • het avondtoezicht: van 15u45 tot 16u30;
  • de avondstudie: van 15u35 tot 16u20.

Aan de leerlingen van de instellingen van het lager en kleuteronderwijs van het vrij en gemeenschapsonderwijs te Edegem worden dezelfde sociale voordelen toegekend als aan de leerlingen van de gemeentelijke school Andreas Vesalius Edegem.

Artikel 2 - ochtend- en avondtoezicht en avondstudie

De tussenkomst voor het ochtend-, het avondtoezicht en de avondstudie wordt verminderd met het remgeld vermenigvuldigd met het aantal rechthebbende leerlingen, waarbij:

  • het remgeld gelijk is aan het bedrag dat door de verstrekker van het sociaal voordeel wordt gevraagd voor het ochtendtoezicht, het avondtoezicht en de avondstudie aan de leerlingen die zijn onderwijsinstelling bezoeken;
  • het aantal rechthebbende leerlingen gelijk is aan het aantal leerlingen dat het sociaal voordeel geniet. Hiervoor wordt het gemiddelde genomen van de eerste drie maanden van het lopende schooljaar.

Bedoeld remgeld wordt vanaf 1 januari 2026 tot en met 30 juni 2026 vastgesteld als volgt:

  • voor het ochtendtoezicht:   0,65 EUR per begonnen uur per kind;
  • voor het avondtoezicht:     1,00 EUR per begonnen uur per kind;
  • voor de avondstudie:       1,00 EUR per begonnen uur per kind.

Bedoeld remgeld wordt vanaf 1 september 2026 vastgesteld als volgt:

  • voor het ochtendtoezicht:   0,68 EUR per begonnen uur per kind;
  • voor het avondtoezicht:     1,05 EUR per begonnen uur per kind;
  • voor de avondstudie:       1,05 EUR per begonnen uur per kind.

De vergoeding voor het ochtendtoezicht, avondtoezicht en de avondstudie bedraagt op 1 december 2025 20,93 EUR per uur (spilindex 212,23) gekoppeld aan de loonindex van het overheidspersoneel.

Het normenstelsel wordt bepaald als volgt:

  • voor het ochtendtoezicht is een begonnen schijf van 40 leerlingen een eenheid;
  • voor het avondtoezicht is een begonnen schijf van 30 leerlingen een eenheid;
  • voor de avondstudie is een begonnen schijf van 25 leerlingen een eenheid.

Artikel 3 - middagtoezicht

De tussenkomst voor het middagtoezicht wordt vastgesteld als volgt:

  • Z x aantal dagen x aantal toegekende eenheden;
  • verminderd met: X EUR * Y;
  • verminderd met: remgeld x aantal rechthebbende leerlingen x aantal dagen

waarbij:

  • Z gelijk is aan het door de verstrekker van het sociaal voordeel vastgestelde bedrag per eenheid, dat minimaal gelijk is aan het minimum bruto-uurloon van het bezoldigingsregime van de bedienden;
  • X gelijk is het bedrag dat per leerling via de globale werkingssubsidie naar de school vloeit voor de organisatie van het middagtoezicht. Aangezien de school dit bedrag rechtstreeks van het Ministerie van Onderwijs ontvangt moet de gemeentelijke toelage overeenkomstig verminderd worden. (in mei 2013 bedraagt X 6,30 EUR)
  • Y gelijk is aan het aantal leerlingen van de betrokken instelling op 1 februari van het voorafgaand schooljaar;
  • het remgeld gelijk is aan het bedrag dat per middagtoezicht door de verstrekker van het sociaal voordeel wordt gevraagd aan de leerlingen die zijn onderwijsinstellingen bezoeken en die een beroep doen op het middagtoezicht. Het remgeld wordt slechts in mindering gebracht van het aantal leerlingen dat zich situeert binnen een volledige schijf van het toegekend normenstelsel;
  • het aantal rechthebbende leerlingen gelijk is aan het aantal leerlingen dat het sociaal voordeel geniet. Hiervoor wordt het gemiddelde genomen van het aantal maanden dat het voordeel wordt toegekend.

Onder eenheid wordt begrepen het toezicht van een persoon met toezicht belast gedurende één uur.

De toepassingscriteria worden vastgesteld als volgt:

  • vergoeding vanaf 1 januari 2025: bruto-uurloon van 20,93 EUR (spilindex 212,23) gekoppeld aan de loonindex van het overheidspersoneel;
  • remgeld wordt vanaf 1 januari 2026 tot en met 30 juni 2026: 1,00 EUR per beurt per kind
  • remgeld wordt vanaf 1 september 2026:  1,05 EUR per beurt per kind;
  • normenstelsel: de begonnen schijf van 40 leerlingen is een eenheid.

Artikel 4

De inrichtende machten die van de sociale voordeel willen genieten, zijn gehouden minimaal hetzelfde remgeld te vragen aan de ouders of aan de personen die de leerling in rechte of in feite onder hun bewaring hebben als het remgeld dat wordt gevraagd voor hetzelfde toezicht aan de leerlingen van de gemeentelijke school Andreas Vesalius.

Artikel 5

Indien de toezichten worden georganiseerd in verschillende vestigingsplaatsen van de onderwijsinstelling wordt het sociaal voordeel berekend per georganiseerd toezicht met dien verstande dat ongeacht het door het gemeentebestuur vastgestelde normenstelsel steeds één eenheid per georganiseerd toezicht zal worden toegekend.

Artikel 6

De bezoldiging van de toezichters gebeurt door de instelling die het sociaal voordeel ontvangt.

De betaling door het gemeentebestuur kan enkel geschieden na trimestriële voorlegging van de door de toezichters tegengetekende prestatiestaten door de begunstigde inrichtende macht.

Artikel 7

De financiële tussenkomsten voor de aan de leerlingen verleende sociale voordelen, worden slechts toegekend aan de inrichtende machten die erom verzoeken en die de door het gemeentebestuur nodig geachte controle aanvaarden, zonder dat deze controle tot enige inmenging in het schoolleven zelf mag aanleiding geven.

Artikel 2

Het voorgaande raadsbesluit betreffende sociale voordelen in het onderwijs wordt opgeheven vanaf 1 januari 2026.