Op 27 mei 2013 werden de tarieven in verband met de sociale voordelen van het onderwijs goedgekeurd.
Aangezien de huidige tariefstructuur reeds van toepassing is vanaf juni 2013 is een tariefverhoging rekening houdend met de evolutie van de gezondheidsindex aangewezen.
Omzendbrief van 25 juli 1991 van het ministerie van de Vlaamse gemeenschap
Deze omzendbrief regelt het toekennen van de sociale voordelen in het onderwijs vanaf het schooljaar 1991-1992.
Raadsbesluit van 27 mei 2013
De raad keurt de tarieven in verband met de sociale voordelen in het onderwijs als volgt goed:
Artikel 1 - bepaling sociale voordelen
In gemeenteschool Andreas Vesalius Edegem wordt volgend toezicht georganiseerd:
Aan de leerlingen van de instellingen van het lager en kleuteronderwijs van het vrij en gemeenschapsonderwijs te Edegem worden dezelfde sociale voordelen toegekend als aan de leerlingen van de gemeentelijke school Andreas Vesalius Edegem.
Artikel 2 - ochtend- en avondtoezicht en avondstudie
De tussenkomst voor het ochtend-, het avondtoezicht en de avondstudie wordt verminderd met het remgeld vermenigvuldigd met het aantal rechthebbende leerlingen, waarbij:
Bedoeld remgeld wordt vanaf 1 januari 2023 vastgesteld als volgt:
De vergoeding voor het ochtendtoezicht, avondtoezicht en de avondstudie bedraagt op 1 december 2022 20,11 EUR per uur (spilindex 203,99) gekoppeld aan de loonindex van het overheidspersoneel.
Het normenstelsel wordt bepaald als volgt:
Artikel 3 - middagtoezicht
De tussenkomst voor het middagtoezicht wordt vastgesteld als volgt:
waarbij:
Onder eenheid wordt begrepen het toezicht van een persoon met toezicht belast gedurende één uur.
De toepassingscriteria worden vastgesteld als volgt:
Artikel 4
De inrichtende machten die van de sociale voordeel willen genieten, zijn gehouden minimaal hetzelfde remgeld te vragen aan de ouders of aan de personen die de leerling in rechte of in feite onder hun bewaring hebben als het remgeld dat wordt gevraagd voor hetzelfde toezicht aan de leerlingen van de gemeentelijke school Andreas Vesalius.
Artikel 5
Indien de toezichten worden georganiseerd in verschillende vestigingsplaatsen van de onderwijsinstelling wordt het sociaal voordeel berekend per georganiseerd toezicht met dien verstande dat ongeacht het door het gemeentebestuur vastgestelde normenstelsel steeds één eenheid per georganiseerd toezicht zal worden toegekend.
Artikel 6
De bezoldiging van de toezichters gebeurt door de instelling die het sociaal voordeel ontvangt.
De betaling door het gemeentebestuur kan enkel geschieden na trimestriële voorlegging van de door de toezichters tegengetekende prestatiestaten door de begunstigde inrichtende macht.
Artikel 7
De financiële tussenkomsten voor de aan de leerlingen verleende sociale voordelen, worden slechts toegekend aan de inrichtende machten die erom verzoeken en die de door het gemeentebestuur nodig geachte controle aanvaarden, zonder dat deze controle tot enige inmenging in het schoolleven zelf mag aanleiding geven.
Het voorgaande raadsbesluit betreffende sociale voordelen in het onderwijs wordt opgeheven vanaf 1 januari 2023.