Het college van burgemeester en schepenen weigerde op 14 maart 2022 de aanvraag tot het bekomen van een omgevingsvergunning voor het gefaseerd slopen van het postgebouw en het bouwen van 20 assistentiewoningen met polyvalente ruimte en postkantoor te Drie Eikenstraat 15-17, en wel om volgende redenen:
• Het project voldoet niet aan de goede ruimtelijke ordening wegens ontoereikende voorzieningen rond het mobiliteitsaspect. Deelwagens zijn geen geschikte vervoersmodus voor het doelpubliek, dat bestaat uit mensen met een leeftijd vanaf 65 (minimale leeftijd binnen het verplichte kader van assistentiewoningen). Deze lijken niet in staat te zijn om gebruik te maken van een deelwagensysteem, voor zover zij een wagen gebruiken.
• Het absolute aantal parkeerplaatsen lijkt overigens ontoereikend enerzijds voor de bewoners van de 20 assistentiewoningen, anderzijds de bezoekers en diensten gekoppeld aan deze woningen. Men voorziet slechts 15 feitelijke parkeerplaatsen (en een keerplek), waarvan 2 gereserveerd zijn voor een deelwagen. Gezien een deelwagen niet geschikt is voor deze doelgroep, wordt het equivalent van 23 parkeerplaatsen niet erkend (15 waarvan 2 parkeerplaatsen met deelwagen meetellen als 10 parkeerplaatsen). Van de 15 parkeerplaatsen zijn er vervolgens nog eens 4 parkeerplaatsen voorzien voor het postkantoor, wat het nuttige aantal parkeerplaatsen voor de 20 assistentiewoningen (bewoners, bezoekers, diensten) op 11 brengt. Dit is een norm van 0,55 per assistentiewoning en dus onvoldoende. Het is aangewezen om 1 absolute parkeerplaats per woongelegenheid te voorzien.
• Vandaag is er een ruime parking voorzien op de site. Deze parking wordt gebruikt als overdrukparking voor het openbaar domein en zodoende gebruikt door de omgeving. Door het aantal op het terrein sterk te verminderen, en bijkomende voorzieningen te implementeren, zal er een bijkomende verzwaring ontstaan op de plaatselijke parkeerdruk. Het openbaar domein zal namelijk als overdruk dienen voor het nieuwe project en de site zelf kan niet meer instaan als overdruk voor het openbaar domein.
• Tenslotte is het college van oordeel dat het aangewezen is om het parkeren in nieuwe projecten steeds ondergronds te organiseren.
Vervolgens werd door de aanvrager beroep aangetekend bij de deputatie.
Naar aanleiding van de hoorzitting bij de deputatie, stelde de bouwheer aan de aanwezige schepen voor om vijf extra bovengrondse parkeerplaatsen te creëren om zo aan de bezwaren van het college tegemoet te komen.
Daartoe neemt de bouwheer de verplichting op zich om een extra aanvraag tot omgevingsvergunning in te dienen voorafgaand aan de uitvoering van de werken, zodat de 'geweigerde' aanvraag zonder verdere vertraging en procedurele incidenten definitief en uitvoerbaar vergund kan worden door de deputatie.
De gemeente zelf ziet in de dading af van haar mogelijkheid om verder in beroep te gaan tegen deze vergunning.
Daar beide partijen wederzijdse toegevingen doen ter beslechting van een geschil, betreft het een dading conform artikel 2044 Burgerlijk Wetboek en dient deze voorgelegd te worden ter goedkeuring aan de gemeenteraad.
De gemeenteraad keurt het dadingsvoorstel van de bouwheer zoals gevoegd in bijlage bij dit besluit goed.